agitated	beneficiary	convention
curative	detached	dispossession
encompassing	erase	erode
expansion	facilitate	gag
host of	imperative	imposition
incomprehension	indigenous	influx
merge	omnipotence	parochial
reciprocal	transparent	unambiguous
amendment	cartilage	compelling
compliant	core	dampen
derive from	devise	dismay

conferentie	belanghebbende	gestrest / nerveus
onteigening	objectief	genezend
uithollen	wissen	veelomvattend
de mond snoeren	vergemakkelijken / faciliteren	uitbreiding / groei
oplegging	verplichting	flink aantal
toevloed	inheems / oorspronkelijk	onbegrip
burgerlijk / kleinburgerlijk	almacht	fuseren
eenduidig	duidelijk / helder	wederzijds
dringend	kraakbeen	wijziging
temperen	belangrijkste	toegeeflijk / meegaand
ontzetting	bedenken	afleiden van

efficacy	extraction	gain momentum
go into overdrive	persuasion	plaintiff
recapitulate	regenerate	reputable
responsive to	seed	spinal cord
toxicity	writhe	yield
concession	constrained	disclosure
exercise	fiscal	gratify
incarceration	infringement	irrefutable
irrespective	legitimate	mandatory
parole officer	on parole	preparatory
probation	receptive to	redress

op gang komen	het onttrekken / de verwijdering	effectiviteit / werkzaamheid
aanklager	overreding / overtuiging	op hol slaan
gerenommeerd	weer doen groeien / weer doen aangroeien	samenvatten
ruggenmerg	plaatsen	reagerend op
opleveren	kronkelen	giftigheid
onthulling	verplicht / gedwongen	tegemoetkoming
tevredenstellen	financieel	uitoefenen
onweerlegbaar	inbreuk	opsluiting
verplicht	gerechtvaardigdheid / legitiem	ongeacht
voorbereidend	voorwaardelijk / voorwaardelijke vrijlating	reclasseringsambtenaar
rechtzetten / herstellen	openstaand / ontvankelijk voor	proeftijd

retaliation	retribution	sensory
subside	suspend	warrant
abysmal	anguish	asset
attain	bane	boon
conception	containment	disposed
disregard	dissemination	dissuade from
emission	engender	galvanize
inadvertently	invariably	morality
pose	protract	purification
rampant	self-perception	self-perpetuating
unwitting	admonish	alienate

zintuiglijk	vergelding / zware straf	vergeldingsmaatregel
bevel / aanhoudingsbevel	uitstellen	minder worden
aanwinst	hevige geestelijk lijden / leed	afgrijselijk slecht
zegen	last	bereiken
geneigd	beheersing	bevruchting
afraden om / ontraden	verspreiding	negeren
stimuleren / aansporen	veroorzaken	uitstoot
zedelijkheid / moraal	steevast / constant	onbedoeld / onopzettelijk
zuivering	rekken / voortzetten	vormen
zichzelf in stand houdend	zelfbeeld	hoogtij vieren
vervreemden	oproepen / aansporen	nietsvermoedend / onwetend

allusion	applicable to	complicity
condescension	consolation	constraint
culpable	defining	dislocation
dispraise	hearse	indolent
judicial	loop	marginalisation
marker	patchwork	predominantly
profess	purring	recollection
remorse	utilitarian

medeplichtigheid	geldend voor	toespeling
beperking	troost	neerbuigendheid
ontwrichting	bepalend	schuldig
loom / lui	lijkwagen	afkeuren
uitsluiting	lus	gerechtelijk
overheersend	bont geheel / lappendeken	indicator
herinnering	geronk	openlijk verklaren
	nuttig	berouw / diepe spijt