Frans : Nederlands fameux = bekend l’art = de kunst peser = wegen effectuer = uitvoeren la conséquence = het gevolg atteindre = bereiken la nourriture = de voeding scientifique = wetenschappelijk la distance = de afstand permettre à = mogelijk maken contribuer à = bijdragen aan aveugle = blind l’invention = de uitvinding détruire = verwoesten élevé = hoog le domaine = het gebied la boîte = het blik / de doos calculer = rekenen le progrès = de vooruitgang améliorer = verbeteren la technologie = de technologie inventer = uitvinden découvrir = ontdekken la science = de wetenschap