l’acte la scène commettre une erreur
le canapé le coussin la petite table
la pile être accroché à être allongé sur
attendre des invités l’invité en désordre
en scène sortir les poubelles faire un effort
faire un geste ranger sa chambre se mettre debout
se lever s’éloigner de se coucher
être debout être allongé être couché
être assis au centre de en face de
au-dessus de au-dessous de à gauche de
à droite de par terre
een fout maken de scene de acte
de salontafel het kussen de bank
liggen op hangen aan de stapel
rommelig de gast gasten verwachten
zijn best doen de vuilnis buitenzetten op het toneel
gaan staan zijn kamer opruimen een gebaar maken
gaan liggen weggaan van opstaan
liggen liggen (uitgestrekt) staan
tegenover midden in zitten
links van onder boven
op de grond rechts van