Frans : Nederlands le pique-nique = de picknick une île = een eiland j'ai visité = ik heb bezocht j'ai marché = ik heb gelopen il a volé = hij heeft gestolen j'ai mangé = ik heb gegeten nous avons passé = wij hebben doorgebracht j'ai gagné = ik heb gewonnen marquer un but = een doelpunt maken fermer ses portes = zijn deuren sluiten un message = een boodschap sélectionner = uitkiezen raconter = vertellen la patinoire = de ijsbaan j'ai tout raté = ik heb alles verprutst