Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Duits Nederlands
  • der Aufenthalt = het verblijf
  • der Aufstieg = de beklimming
  • der Ausflug = het uitstapje
  • das Erlebnis = de belevenis
  • entfernt = verwijderd
  • flach = vlak
  • fließen = stromen
  • der Gipfel = de bergtop
  • hügelig = heuvelachtig
  • die Kommune = de gemeente
  • die Welle = de golf