Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Duits Nederlands
  • die Baustelle = de wegwerkzaamheden
  • der Falschfahrer = de spookrijder
  • gesperrt = afgesloten
  • die Hauptverkehrszeit = de spits
  • das Kreuz = het knooppunt
  • die Maut = de tol
  • der Notruf = het alarmnummer
  • die Sackgasse = de doodlopende weg
  • die Spedition = het transportbedrijf
  • die Standspur = de vluchtstrook
  • die Straßenwacht = de wegenwacht
  • stockend = langzaamrijdend