Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Duits Nederlands
  • aussterben = uitsterven
  • ebenfalls = ook
  • das fleisch = het vlees
  • gehören zu = behoren tot
  • das Jahrhundert = de eeuw
  • der Platz = de plek
  • das Schloss = het paleis
  • der See = het meer
  • zerstören = verwoesten
  • zum Beispiel = bijvoorbeeld
  • außer = behalve
  • der Ausflug = het uitstapje
  • bevor = voordat
  • empfehlen = aanbevelen
  • das Erlebnis = de belevenis
  • der Erwachsene = de volwassene
  • nah = dichtbij
  • sich beschäftigen mit = zich bezighouden met
  • stattfinden = plaatsvinden
  • der Tierpark = de dierentuin