Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Duits Nederlands
  • der Ausflug = het uitstapje
  • egal = om het even
  • faul = lui
  • gefährlich = gevaarlijk
  • gerade = net, op het moment, zojuist
  • glauben = geloven
  • die Insel = het eiland
  • der See = het meer
  • der Unfall = het ongeluk
  • das Zelt = de tent