Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Duits Nederlands
  • die Telefonnotiz = de telefoonnotitie
  • die Gesprächsnotiz = de gespreksnotitie
  • die Abmachung = de afspraak
  • das Hilfsmittel = het hulpmiddel
  • der Einkaufsassistent, die Einkaufsassistentin = de inkoopassistente, de inkoopassistent
  • das Fotoalbum, die Fotoalben = het fotoalbum, de fotoalbums
  • die Pappschachtel = de kartonnen doos
  • Und wenn wir … Stück bestellen? = En als wij … stuks bestellen?
  • Dann sind unsere Preise noch vorteilhafter, nämlich … Euro. = Dan zijn onze prijzen nog voordeliger, namelijk … euro.
  • bei Abnahme von … Stück = bij afname van … stuks
  • die Lieferfrist, die Lieferzeit = de levertermijn, de levertijd
  • Wie viele Wochen beträgt die Lieferfrist? = Hoeveel weken is de levertijd?
  • Wie viel Mengenrabatt gewähren Sie uns? = Hoeveel bulkkorting geeft u ons?
  • Wir gewähren Ihnen einen Rabatt von 5 Prozent. = Wij geven u een korting van 5 procent.
  • Bei einer Bestellung ab 3000 Euro ist der Versand kostenfrei. = Bij een bestelling vanaf 3000 euro is de verzending gratis.
  • Informationen einholen = informatie verzamelen
  • um Auskünfte bitten = om informatie vragen, informatie opvragen
  • die Kollektion = de collectie
  • das Heizgerät = hier: de verwarmingsketel
  • der Heizkessel = de verwarmingsketel
  • Wir haben einen Riesenauftrag bekommen. = Wij hebben een enorm grote opdracht gekregen.
  • Wir tun immer unser Bestes. = Wij doen altijd ons best.
  • Wir konnten uns bisher nicht beklagen. = Tot nu toe hadden we niets te klagen.
  • in Produktion haben = in productie hebben, in productie nemen
  • die Solaranlage = de zonnepanelen
  • der Verbund, der Verband = het verband
  • profitieren von = profiteren van
  • Wir sind auf dem Laufenden. = Wij zijn op de hoogte.
  • preisgünstig = voordelig
  • Ganz zu schweigen von Ihrem guten Kundendienst. = En dan heb ik het niet eens over uw goede klantenservice.
  • Frau Sommer hat sich ausführlich informieren lassen. = Frau Sommer heeft zich uitvoerig laten informeren.
  • fortsetzen = voortzetten, doorgaan met
  • Was meinen Sie denn? = Hoe denkt u erover?
  • Das Projekt kommt auf Sie zu. = Het project start binnenkort voor u.
  • Die Vorzüge sind sehr überzeugend. = De voordelen zijn zeer overtuigend.
  • die Vorzüge erkennen = de voordelen herkennen
  • der Vorstand = het dagelijks bestuur
  • Das freut mich. = hier: dat is fijn om te horen.
  • Wir können ins Geschäft kommen. = Wij kunnen zaken gaan doen.
  • der Konstrukteur = de technisch ontwerper
  • in ein Seminar einsteigen = hier: in een cursus instromen
  • die Ausführung des Auftrags = de uitvoering van de opdracht
  • Ich rate Ihnen … = Ik adviseer u …
  • der Treffpunt = hier: ontmoetingsplaats
  • der Produzent, der Hersteller = de producent
  • der Abnehmer = de afnemer
  • Vereinbarungen festlegen = afspraken vastleggen, overeenkomsten vastleggen
  • einen Dialog führen = een dialoog voeren
  • das Medium = het medium
  • die Kommunikationsstrategie = de communicatiestrategie
  • die Fachmesse = de vakbeurs
  • das wichtigste Ziel = het belangrijkste doel
  • Kontakte knüpfen = contacten leggen
  • Kontakte pflegen = contacten onderhouden
  • potentielle Kunden = potentiële klanten
  • bestehende Kunden = bestaande klanten
  • die Nachsorge = de nazorg
  • sorgfältig registrieren = zorgvuldig registreren
  • etwas los sein, jemanden los sein = iets kwijt zijn, iemand kwijt zijn
  • innerhalb von 24 Stunden = binnen 24 uur
  • der Innendienst = de binnendienst
  • der Außendienst = de buitendienst
  • die Investition = de investering
  • die Rendite = het rendement
  • das Milchprodukt = het melkproduct
  • das Molkereiprodukt = het zuivelproduct
  • ein absolutes Muss = een absolute must
  • die Kapitalanlage = de belegging
  • die Spitzenposition = de toppositie
  • der Wirtschaftszweig = de sector
  • vertreten sein = vertegenwoordigd zijn
  • Am auffälligsten war, dass … = Het meest opvallend was …
  • was … angeht = wat … betreft
  • Informationsmaterial von diesem Betrieb lege ich bei. = Ik sluit informatiemateriaal van dit bedrijf bij.
  • Der Betrieb ist bereit, einen Vertreter zu schicken, um eine Produktvorführung zu halten. = Het bedrijf is bereid een vertegenwoordiger te sturen om een productpresentatie te geven.
  • den Stand bemannen = de stand bemensen
  • bei regelmäßigerAbnahme = bij regelmatige afname
  • der Sonderpreis = de speciale prijs
  • in Aussicht stellen = in het vooruitzicht stellen
  • Wir haben Ihre Bitte besprochen. = Wij hebben over uw verzoek overlegd.
  • Wir können Ihnen folgendes Sonderangebot machen. = Wij kunnen u het volgende speciale aanbod doen.
  • Wir sind bereit, Ihnen 20 Prozent Sonderrabatt auf den normalen Preis zu geben. = Wij zijn bereid om u 20 procent speciale korting op de gewone prijs te geven.
  • verrechnen = verrekenen
  • Wir liefern frachtfrei. Die Lieferung erfolgt frachtfrei. = De verzendkosten zijn bij de prijs inbegrepen.
  • Die Zahlungsfrist beträgt 14 Tage ab Rechnungsdatum. = De betalingstermijn is 14 dagen na de factuurdatum.
  • nach Rücksprache mit = na overleg met
  • Wir haben Ihr Messeangebot zur Kenntnis genommen. = Wij hebben kennisgenomen van uw speciale beursaanbieding.
  • Wir bitten Sie, diesen Auftrag zu bestätigen. = Wij vragen u om deze opdracht te bevestigen.
  • täglich geöffnet = dagelijks geopend
  • der Eintritt, der Eintrittspreis = de entree, de entreeprijs
  • Ich weise Sie gern auf unsere Website www.... hin. = Ik wil u graag op onze website www.... wijzen.
  • die Besucherinformationen = de bezoekersinformatie
  • online = online
  • an der Kasse = aan de kassa
  • die Anfahrt = de reis, de route
  • die öffentlichen Verkehrsmittel = het openbaar vervoer
  • die Ausfahrt = de afslag