IT
EN
NL
FR
DE
ES
Imparare il vocabolario
Suggerimenti
Metodo di studio
Iniziare
Wozzol
Suggerimenti
Metodo di studio
Elenchi di vocaboli
Notizie
Imparare il vocabolario
Se desiderate imparare altri vocaboli in una lingua straniera, fatecelo sapere.
Contattateci
Elenco dei vocaboli
Elenchi di vocaboli
Duits
ThiemeMeulenhoff
Salzgitter Heute
3 bands 3 havo
06 Kapital 16
Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.
Azioni
Lista aperta per imparare
Stampa l'elenco come
flashcards
Esportazione dell'elenco come file di testo
Duits
Nederlands
vor fünf Minuten
=
vijf minuten geleden
quatschen
=
kletsen
das Outfit
=
de outfit
angesagt
=
in de mode
sich leisten
=
zich veroorloven / kopen / zich veroorloven; kopen
die Bude
=
de kamer
die Nachbarin
=
de buurvrouw
mies gelaunt
=
slecht gehumeurd
labern
=
zwammen
bescheuert
=
belachelijk
verreisen
=
op reis gaan
etwa
=
misschien / soms / misschien, soms
verkleiden
=
verkleden
der Drehtisch
=
de draaitafel voor dj's
irre
=
te gek
begeistert
=
verrukt / enthousiast / verrukt, enthousiast
erleichtert
=
opgelucht
die Sitte
=
de gewoonte / de gewoonten
der Gebrauch
=
het gebruik
die Gebräuche
=
de gebruiken
mit der Zeit
=
onderhand
einbürgern
=
inburgeren
effizient
=
efficiënt
höflich
=
beleefd
der Augenblick
=
het ogenblik
verfassen
=
schrijven
die Nachricht
=
het bericht
die Nachrichten
=
de berichten
stets
=
steeds / altijd / steeds, altijd
der Adressat
=
de geadresseerde
ausreichen
=
voldoende zijn
der Rechner
=
de computer
verständlich
=
begrijpelijk
der Absatz
=
de alinea
die Absätze
=
de alinea's
leserlich
=
leesbaar
die Zeile
=
de regel
die Zeilen
=
de regels
die Länge
=
de lengte
das Zeichen
=
het teken
die Zeichen
=
de tekens
das Pseudonym
=
het pseudoniem
die Identität
=
de identiteit
ermöglichen
=
mogelijk maken
versehen mit
=
voorzien van
preisgeben
=
prijsgeven
kennzeichnen
=
kenmerken / aanduiden / kenmerken, aanduiden
das Missverständnis
=
het misverstand
das Missverständnisse
=
de misverstanden
der Zweck
=
het doel
der Beitrag
=
de bijdrage
das Medium
=
het medium
sich vergewissern
=
zich zekerheid verschaffen
der Muskelkater
=
de spierpijn
die Überanstrengung
=
de te zware inspanning
die Dehnungsübung
=
de rekoefening
die Dehnungsübungen
=
de rekoefeningen
sich beschäftigen
=
zich bezighouden
die Freizeit
=
de vrije tijd
verbringen
=
doorbrengen
die Sängerin
=
de zangeres
alle
=
op
das Angeln
=
het vissen
umschalten
=
wegzappen
die Tagesschau
=
het journaal
der Krimi
=
de misdaadfilm
die Krimis
=
de misdaadfilms
klettern
=
klimmen
der Kurs
=
de cursus
die Kurse
=
de cursussen
der Freizeitpark
=
het recreatiepark
kostenlos
=
gratis
der Prospekt
=
de folder
die Prospekte
=
de folders
tote Hose
=
een saaie boel
weitergehen
=
verdergaan
pubertieren
=
in de puberteit zijn
Spinnst du?
=
Ben je niet goed wijs?
Es geht los.
=
Het begint.
drehen
=
draaien
quengelig
=
jengelend / zeurend / jengelend, zeurend
entsprechen
=
beantwoorden aan
der Spinner
=
de gek
leidenschaftlich gerne
=
dolgraag
kess
=
vlot
die Aula
=
de aula
Los, beeil dich!
=
Vooruit, schiet op!
das Eislaufen
=
het kunstschaatsen / het schaatsen
im Moment
=
op het ogenblik
abhängen
=
niets doen
sich anstrengen
=
zich inspannen
behaglich
=
behagelijk
die Eishalle
=
het ijsstadion
die Eislaufshow
=
de schaatsshow
die Eislaufshows
=
de schaatsshows
die Glotze
=
de buis / de televisie / de buis, de televisie
je nachdem
=
dat hangt ervan af
lehren
=
leren / onderwijzen / leren, onderwijzen
einzigartig
=
geweldig
lösen
=
oplossen
das Suchwort
=
het zoekwoord
einfallen
=
te binnen schieten
das Festival
=
het festival
die Festivals
=
de festivals
der Gruppenrabatt
=
de groepskorting
die Mystery-Show
=
de goochelshow
zusätzlich
=
extra
der Eintritt
=
de entree
ohnegleichen
=
uniek
der Freundeskreis
=
de vriendenkring
nachahmen
=
nadoen / imiteren / nadoen, imiteren
der Takt
=
de maat
die Meisterin
=
de vrouwelijke kampioen / de kampioen
vertreten
=
vertegenwoordigen
die Ankündigung
=
de aankondiging
somit
=
dus / zodoende / dus, zodoende
der Sieg
=
de overwinning
von Herzen
=
van harte
der Weltfriede
=
de wereldvrede
einen Beitrag leisten
=
een bijdrage leveren
das Plektrum
=
het plectrum
Teilnahme
=
de deelname
anschließend
=
in aansluiting daaraan / vervolgens / in aansluiting daaraan, vervolgens
die Werbezwecke
=
de reclamedoeleinden
die Saite
=
de snaar
die Saiten
=
de snaren
die tieferen Töne
=
de lagere tonen