Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Duits Nederlands
  • die Ankunftshalle = de aankomsthal
  • die Ansagetafel = het aankondigingsbord
  • den Anschluß erreichen = de aansluiting halen
  • den Anschluß verpassen = de aansluiting missen
  • der Anflug auf den Flughafen B’s = het aanvliegen op het vliegveld Berlijn
  • der Familienname = de achternaam
  • die Flugzeugabfertigung = het afhandelen van een vliegtuig
  • die Abfertigung = de afhandeling
  • das Abfertigungsfahrzeug = het afhandelingsvoertuig
  • das Bodenstromgerät = het agregaat
  • die Allianz = die alliantie
  • der Frischwasserwagen = de auto die water aanvoert
  • das Gepäck = de bagage
  • die Gepäckabfertigung = de bagageafhandeling
  • der Gepäckbandwagen = de bagagekar
  • die Gepäckhalle = de bagageterminal
  • der Luftfahrtberuf = het beroep in de luchtvaart
  • Gesellschaft mit beschränkter Haftung = besloten vennootschap
  • das Andocken der Fluggastbrücke = het bevestigen van de slurf
  • die Besucherterrasse = het bezoekersterras
  • der Inlandflug = de binnenlandse vlucht
  • das Hinweisschild = het bord
  • der Flughafenbus = de bus op het vliegveld
  • die Bordversorgung = de catering
  • der Küchenwagen = de cateringauto
  • der Charterflugbetrieb = de chartermaatschappij
  • die Verkehrsluftfahrt = commercial aviation
  • die Konkurrenz = de concurrentie
  • die Freigabe der Flugtarife = de deregulering
  • der Einsatzplan = het dienstrooster
  • Erste Hilfe = ehbo
  • begeisterungsfähig = enthousiasmerend
  • die Feedergesellschaft = de feeder
  • der Notfalltraining = flight safety training
  • der Ausgang = de gate
  • Allgemeine Luftfahrt = general aviation
  • die Fundsachen (Mz) = gevonden voorwerpen
  • die Unterschrift = de handtekening
  • die Flugzeughalle = de hangar
  • der Hub = de hub
  • das Instrumenten-Landesystem = ILS
  • der Abfertigungsschalter = de incheckbalie
  • abfertigen = inchecken
  • die individuelle Betreuung = de individuele zorg
  • der Auskunftsschalter = de informatiebalie
  • international = internationaal
  • spätestens = op z’n laatst
  • der Gepäckanhänger = de label
  • laden-lud-geladen = laden
  • die Flugzeugbeladung = het laden van het vliegtuig
  • das Staatsangehörigkeitszeichen = landaanduiding op een vliegtuig
  • die Landung = de landing
  • die Lärmbelästigung = de lawaaioverlast
  • der Schalter = het loket
  • das Laufband = lopende band
  • entladen-entlud-entladen = lossen
  • die Flugzeugentladung = het lossen van het vliegtuig
  • die Lounge = de lounge
  • die Flughafenfeuerwehr = de luchthavenbrandweer
  • die Flughafenpolizei = de luchthavenpolitie
  • das Flughafenrestaurant = het luchthavenrestaurant
  • der Luftraum = het luchtruim
  • die Luftfahrtbehörden = de luchtvaartautoriteiten
  • die Luftfahrtwirtschaft = de luchtvaartindustrie
  • die Airline = de luchtvaartmaatschappij
  • das Luftverkehrsgesetz = de luchtvaartwet
  • das Streckennetz = het lijnennet
  • das Linienflugzeug = het lijnvliegtuig
  • der Linienflug = de lijnvlucht
  • die Militärpolizei = marechaussee
  • der Monitor = de monitor
  • die Aktiengesellschaft = de naamloze vennootschap
  • der Nachtstopp = de nachtstop
  • die Bordansage = de omroep aan boord
  • ansagen = omroepen
  • die Ausbildung = de opleiding
  • die Gründung der Lufthansa 1926 in Berlin = de oprichting van Lufthansa in 1926 in Berlijn
  • der Steigflug = het opstijgen van vliegtuig
  • der Flugplatzsammelraum = het opstelplatform
  • das Übergepäck = de overbagage
  • umsteigen = overstappen
  • der Umsteiger = overstappende (transfer)passagier
  • die Aussichtsplattform = het panoramaterras
  • kurzes Parken = kort parkeren
  • langes Parken = lang parkeren
  • das Parkhaus = de parkeergarage
  • Personal am Flughafen = personeel op de luchthaven
  • der Flugsteig = de pier
  • der Flugkapitän = de piloot
  • das Vorfeld = het platform
  • der Schichtdienst = de ploegendienst
  • kontaktfreudig = prettig in de omgang
  • das Push-back = de push-back
  • der Flugzeugschlepper = de push-backtractor / de tractor die het vliegtuig wegsleept
  • der Direktflug = de rechtstreekse vlucht
  • regional = regionaal
  • der Kurzstreckenflug = regionale vlucht
  • das Reiseziel = het reisdoel
  • Flug- und Gepäckscheine = reisdocumenten
  • der Hin- und Zurückflug = de retourvlucht
  • Schlange stehen = in de rij staan
  • die Kooperation = de samenwerking
  • der Dienstleistungsberuf = het serviceverlenend beroep
  • die Fluggastbrücke = de slurf
  • die Startbahn = de startbaan
  • die Start- und Landebahn = de start- en landingsbaan
  • die Flughafen-Entgelte = de start- en landingsrechten
  • der Tankwagen = de tankwagen
  • zollfreies Geschäft = tax-freewinkel
  • die Rollbahn = de taxibaan
  • rollen = taxiën
  • das Abfertigungsgebäude = de terminal
  • die Flugkarte = het ticket
  • der Toilettenwagen = de toiletwagen
  • der Transit = de transit
  • der Wagen = de trolley
  • die Zwischenlandung = de tussenlanding
  • die Zeitzone = de tijdzone
  • der letztmögliche Meldetermin = uiterste meldingstijd
  • die Uniform = het uniform
  • der Fluglotse = de verkeersleider
  • der Kontrollturm = de verkeerstoren
  • die Abflughalle = de vertrekhal
  • der Videoschirm = het videoscherm
  • der Flugschein = het vliegbrevet
  • das Flugzeugwerk = de vliegtuigfabriek
  • der Flugzeughersteller = de vliegtuigfabrikant
  • der Fluglärm = het vliegtuiglawaai
  • die Flugschule = de vliegschool
  • die Fluggasttreppe = de vliegtuigtrap
  • die Flugsicherheit = de vliegveiligheid
  • am Flughafen = op het vliegveld
  • der Vorname = de voornaam
  • die Frachtabfertigung = de vrachtafhandeling
  • die Frachthalle = de vrachtloods
  • der Frühdienst = vroege dienst
  • frühestens = op z’n vroegst
  • der Winterflugplan = de winterdienstregeling