Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Duits Nederlands
  • anstrengend = vermoeiend
  • aussprechen = uitspreken
  • bald = gauw, binnenkort
  • benutzen = gebruiken
  • besser = beter
  • krank = ziek
  • malen = schilderen
  • in Ordnung sein = in orde zijn