Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Duits Nederlands
  • bekommen = krijgen
  • enthalten = bevatten
  • das Gerät = het apparaat
  • die Heizung = de verwarming
  • den Müll trennen = het afval scheiden
  • die Mülltonne = de afvalcontainer
  • niedrig = laag
  • die Papiertüte = het papieren zakje
  • sauber = schoon
  • schmutzig = vies, vuil
  • unterschiedlich = verschillend
  • werfen = gooien