Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Duits Nederlands
  • der Alltag = het dagelijks leven
  • sich ändern = veranderen
  • bislang = tot nu toe
  • dreckig = vies
  • genervt = geïrriteerd
  • hoffentlich = hopelijk
  • lebenswert = waard om in te leven
  • die Luft = de lucht
  • notwendig = noodzakelijk
  • sogar = zelfs
  • verschmutzen = vervuilen
  • das Viertel = de wijk