IT
EN
NL
FR
DE
ES
Imparare il vocabolario
Suggerimenti
Metodo di studio
Iniziare
Wozzol
Suggerimenti
Metodo di studio
Elenchi di vocaboli
Notizie
Imparare il vocabolario
Se desiderate imparare altri vocaboli in una lingua straniera, fatecelo sapere.
Contattateci
Elenco dei vocaboli
Elenchi di vocaboli
Engels
De Uitgeversgroep
Engels 2 op B1-niveau
B1 - Deel Facilitaire dienstverlening - 1e editie
FD4 ENG 2, Idioom voor menu's
Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.
Azioni
Lista aperta per imparare
Stampa l'elenco come
flashcards
Esportazione dell'elenco come file di testo
Engels
Nederlands
Breakfast
=
Ontbijt
Lunch
=
Lunch
Dinner
=
Diner
Supper
=
Souper
Aperitif/ Appetizer
=
Aperitief
Starters/ Appetizers
=
Voorgerechten
Salads
=
Salades
Soups
=
Soepen
Main courses/ Main dishes
=
Hoofdgerechten
Vegetarian dishes
=
Vegetarische gerechten
Side dishes
=
Bijgerechten
Desserts
=
Nagerechten
A three-course dinner/ a small dinner
=
Een drie-gangen diner
A four-course dinner, etc.
=
Een vier-gangen diner
A children’s plate
=
Een kindermenu
Fruit cocktail
=
Fruitcocktail
Prawn cocktail/Shrimp cocktail
=
Garnalencocktail
Smoked eel with toast
=
Gerookte paling op toast
Smoked salmon
=
Gerookte zalm
Smoked trout
=
Gerookte forel
Stuffed tomatoes
=
Gevulde tomaten
Stuffed mushrooms
=
Gevulde champignons
Heldere soepen
=
Clear soups
Chicken noodle soup
=
Kip vermicelli soep
Vegetable soup
=
Groentensoep
Clear oxtail soup
=
Heldere ossenstaartsoep
Gebonden soepen
=
Cream soups
Cream of chicken soup
=
Gebonden kippesoep
Cream of asparagus soup
=
Gebonden aspergesoep
Cream of tomato soup
=
Gebonden tomatensoep
Cream of mushroom soup
=
Gebonden champignonsoep
Meat
=
Vlees
Beef
=
Rundvlees
Idem/ Sirloin steak
=
Entrecote/lendebiefstuk
Dutch beefsteak/rumpsteak
=
Hollandse biefstuk
Fillet of beef/Fillet steak
=
Biefstuk van de haas
Roast beef
=
Rosbief
Rolled beef
=
Rollade
Veal
=
Kalfsvlees
Fillet of veal
=
Kalfsfilet
Veal chop
=
Kalfscotelet
Veal steak
=
Kalfsbiefstuk
Roast veal
=
Gebraden kalfsvlees
Lamb
=
Lamsvlees
Lamb cutlet/ Lamb chop
=
Lamscotelet
Leg of lamb
=
Lamsbout
Pork
=
Varkensvlees
Fillet of pork
=
Varkensfilet
Pork chop
=
Varkenskarbonade
Pork cutlet
=
Varkensschnitzel
Roast pork
=
Gebraden varkensvlees
Fowl / Poultry
=
Gevogelte
Chicken
=
Kip
Fried chicken
=
Gebraden kip
Leg of chicken
=
Kippenpoot
Breast of chicken
=
Kippenborst
Turkey
=
Kalkoen
Roast turkey
=
Gebraden kalkoen
Duck
=
Eend
Roast duck
=
Gebraden eend
Breast of duck
=
Eendenborst
Goose
=
Gans
Roast goose
=
Gebraden gans
Game
=
Wild
Rabbit
=
Konijn
Roast rabbit
=
Gebraden konijn
Hare
=
Haas
Roast hare
=
Gebraden haas
Saddle of hare
=
Hazenrug
Leg of hare
=
Hazenbout
Fish
=
Vis
Freshwater fish
=
Zoetwatervis
Trout
=
Forel
Eel
=
Paling
Saltwater fish
=
Zoutwatervis
Salmon
=
Zalm
Sole
=
Zeetong
Herring
=
Haring
Cod
=
Kabeljauw
Haddock
=
Schelvis
Mackerel
=
Makreel
Turbot
=
Tarbot
Plaice
=
Schol
Shellfish
=
Schelp-/Schaaldieren
Oyster
=
Oester
Lobster
=
Kreeft
Crab
=
Krab
Prawn
=
Grote garnaal
Shrimp
=
Kleine garnaal
Snail
=
Slak
Mussels
=
Mosselen
Vegetables
=
Groenten
String beans, French beans
=
Sperziebonen
Carrots
=
Wortels
Cauliflower
=
Bloemkool
Chicory
=
Witlof
Asparagus
=
Asperges
Spinach
=
Spinazie
Peas
=
Doperwten
Mushrooms
=
Champignons
Leek
=
Prei
Brussels sprouts
=
Spruitjes
Onions
=
Uien
Lettuce
=
Sla
Salad
=
Salade
Cucumbers
=
Komkommers
Tomatoes
=
Tomaten
Pepper
=
Paprika
Celery
=
Selderij
Sauerkraut
=
Zuurkool
Red cabbage
=
Rode kool
White cabbage
=
Witte kool
Kale, Kail
=
Boerenkool
Radish
=
Radijs
Horseradish
=
Mierikswortel
Garlic
=
Knoflook
Ginger
=
Gember
Potatoes
=
Aardappels
Boiled potatoes
=
Gekookte aardappels
Fried potatoes
=
Gebakken aardappels
French fried potatoes/ Chips
=
Patat
Mashed potatoes
=
Aardappelpuree
Baked potatoes/Jacket potatoes
=
Gepofte aardappels
Fruits
=
Fruit
Strawberries
=
Aardbeien
Apricots
=
Abrikozen
Pineapple
=
Ananas
Apples
=
Appels
Bananas
=
Banaan
Pears
=
Peren
Lemon
=
Citroen
Lime
=
Limoen
Oranges
=
Sinaasappels
Tangerine
=
Mandarijn
Melon
=
Meloen
Peaches
=
Perziken
Grapes
=
Druiven
Cherries
=
Kersen
Black currents
=
Zwarte bessen
Drinks
=
Dranken
Hot drinks
=
Warme dranken
Coffee
=
Koffie
Cappucino
=
Cappucino
Espresso
=
Espresso
Decaf(feinated coffee) / (Decaf)feinated coffee
=
Cafeïnevrije koffie
Tea
=
Thee
Hot chocolate
=
Warme chocolademelk
With cream
=
Met slagroom
Cold drinks
=
Koude dranken
Ice-tea/ Iced tea
=
IJsthee
Milk
=
Melk
Buttermilk
=
Karnemelk
Chocolate milk
=
Chocolademelk
Milk shake
=
Milkshake
Mineral water
=
Mineraalwater
Sparkling
=
Met prik / Mousserend
Still
=
Zonder prik
Flavoured
=
Met een smaakje
Lemonade
=
Limonade
Cola/ Coke
=
Cola
Idem or Diet Coke
=
Cola light
Tonic water
=
Tonic
Carbonated
=
Koolzuurhoudend
Apple juice
=
Appelsap
Orange juice
=
Jus d’orange
Grape juice
=
Druivensap
Alcoholic drinks
=
Alcoholische dranken
Beer
=
Bier
Draught beer
=
Bier van de tap
Bottled beer
=
Bier in een flesje
Lager
=
Pils
Ale
=
Donker bier
Bitter
=
Bitter donker bier
No-alcohol beer
=
Alcoholvrij bier
White wine
=
Witte wijn
Dry white wine
=
Droge witte wijn
Sweet white wine
=
Zoete witte wijn
Red wine
=
Rode wijn
Rosé
=
Rosé
Dry sherry
=
Droge sherry
White port
=
Witte port
Ruby port
=
Rode port
Champagne
=
Champagne
Whisky; Am: Whiskey/ Bourbon
=
Whisky
Gin
=
Jenever
Vodka
=
Wodka
Idem, Brandy
=
Cognac
On the rocks
=
Met ijs
Neat
=
Puur
Cheese cake
=
Kwarktaart
Chocolate Brownie
=
Chocolade cakeje
Apple pie
=
Appeltaart
Cherry pie
=
Kersentaart
Strawberry pie
=
Aardbeientaart
Cheese- board
=
Kaasplankje
Ice-cream
=
IJs
Gingerbread
=
Gemberkoek/cake
Continental breakfast
=
Europees ontbijt
English breakfast
=
Engels ontbijt
Rolls
=
Broodjes
(Currant)buns
=
Krentenbollen
Croissant
=
Croissant
French loaf
=
Stokbrood
Sliced bread
=
Sneedjes brood
Wholemeal bread
=
Volkoren brood
Rusks
=
Beschuiten
Boiled eggs
=
Gekookte eieren
Fried egg, sunny-side up
=
Spiegelei met hele dooier
Fried egg, easy-over/ turned over
=
Dubbel gebakken ei
Poached egg
=
Gepocheerd ei
Scrambled eggs
=
Roereieren
Bacon
=
Gebakken spek
Bacon and eggs
=
Gebakken spek met eieren
Grilled tomatoes
=
Gegrilde tomaten
Sausages
=
worstjes
Baked beans
=
Witte bonen in tomatensaus
Kippers
=
Bokking
Bloaters
=
Gerookte haring
Havermoutpap
=
Porridge
Cereals
=
Graanproducten (muesli, cornflaces, etc)
Cottage cheese
=
Kwark
Yogurt
=
Yoghurt
Seasonal fresh fruits
=
Vers fruit van het seizoen
Preserves
=
Zoet beleg
Jam
=
Jam
Marmalade
=
Marmelade
Peanut butter
=
Pindakaas
Fresh orange juice
=
Vers sinaasappelsap
Grapefruit juice
=
Grapefruitsap
Tomato juice
=
Tomatensap
Methods of cooking
=
Kookmethoden
Boil
=
Koken
Bake
=
Bakken (in oven)
Fry
=
Bakken van aardappels
Roast
=
Braden van vlees
Grill
=
Grilleren
Steam
=
Stomen
Stew
=
Smoren/Stoven
Poach
=
Pocheren
Deep-fry
=
Frituren
Sautee (fry)
=
Sauteren
Stuff
=
Farceren/vullen
Blanch
=
Blancheren