Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Engels Nederlands
  • only = alleen maar
  • to bark = blaffen
  • yours = die van jou
  • to reply = beantwoorden
  • e-mail = e-mail
  • beach = strand
  • romantic = romantisch
  • while = terwijl
  • Britain = Groot-Brittannië
  • to swim = zwemmen
  • swam = zwom, zwommen / zwom / zwommen
  • to surf = surfen
  • golden = gouden
  • Australian = Australisch
  • Santa Claus / Father Christmas = de Kerstman
  • underneath = eronder, onder / eronder / onder
  • grandfather = opa
  • ours = die van ons
  • even = zelfs
  • to eat = eten
  • ate = at, aten / at / aten
  • heat = hitte
  • barbecue = barbecue
  • steak = biefstuk
  • seafood = vis
  • to bring in = binnenbrengen
  • brought in = bracht binnen, brachten binnen / bracht binnen / brachten binnen
  • ice-cream = ijs
  • to compare = vergelijken
  • occasion = gelegenheid
  • tradition = traditie
  • to take = nemen
  • took = nam, namen / nam / namen
  • picture = foto, plaatje / foto / plaatje
  • CD = cd
  • good-looking = knap
  • to mail = een e-mail sturen
  • to leave = overlaten aan
  • left = liet over aan, lieten over aan / liet over aan / lieten over aan
  • to sunbathe = zonnebaden
  • to dress up = verkleden
  • roast = gebraden
  • plum pudding = plumpudding