Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Engels Nederlands
  • weather forecast = weerbericht
  • sunshine = zon, zonneschijn / zon / zonneschijn
  • shower = regenbui
  • thunderstorm = onweersbui
  • lightning = bliksemflits
  • close = dichtbij
  • to leak = lekken
  • tin opener = blikopener
  • to hold = houden
  • held = hield, hielden / hield / hielden / gehouden
  • flat = vlak, plat / vlak / plat
  • top = bovenkant
  • tin = blikje
  • squeeze = knijpen
  • mud = modder
  • sausage = worstje
  • to blow = blazen
  • blew = blies, bliezen / blies / bliezen
  • blown = geblazen
  • temperature = temperatuur
  • to drop = zakken, dalen / zakken / dalen
  • to pull = trekken
  • supper = avondeten
  • tea = thee
  • to fetch / fetching = halen
  • noisy = lawaaierig
  • war zone = oorlogsgebied
  • line = rij
  • tank = tank
  • hill = heuvel
  • going = gaan
  • though = toch wel
  • to rise = opkomen
  • rose = kwam op, kwamen op / kwam op / kwamen op
  • risen = opgekomen
  • flame = vlam
  • hood = capuchon
  • to kneel = knielen
  • knelt = knielde, knielden / knielde / knielden / geknield
  • military manoeuvre = militaire oefening