Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Engels Nederlands
  • carefully = aandachtig
  • to boss someone about = de baas spelen over iemand
  • to take charge = de leiding nemen
  • grand = groots
  • reunion = reünie
  • to be in agreement about = het eens zijn over, akkoord gaan met / het eens zijn over / akkoord gaan met
  • to catch up with = bijpraten met, bijkletsen met / bijpraten met / bijkletsen met
  • rest = pauze, rust / pauze / rust
  • non-stop = onafgebroken, non-stop / onafgebroken / non-stop
  • suitable = geschikt
  • generally = meestal, gewoonlijk / meestal / gewoonlijk
  • necessary = noodzakelijk
  • to pretend = doen alsof
  • enemy = vijand
  • response = antwoord, reactie / antwoord / reactie
  • sunny = zonnig
  • inexpensive = goedkoop, voordelig / goedkoop / voordelig
  • sea = zee
  • Atlantic = Atlantisch
  • coast = kust
  • possibility = mogelijkheid
  • Med (Mediterranean) = Middellandse Zee
  • precisely = precies
  • footprint = voetafdruk
  • responsible = verantwoord
  • to join in = meedoen
  • Spain = Spanje
  • to increase = toenemen
  • further = verder
  • beach cabin = strandhuisje
  • to get engaged = zich gaan verloven
  • to quarrel = ruzie maken
  • surf = branding
  • Human Science = sociale wetenschappen
  • uni (university) = universiteit
  • unspoilt = onbedorven, ongerept / onbedorven / ongerept