Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Engels Nederlands
  • anyone = iemand
  • blazer = jasje
  • to bully = pester
  • comfortable = lekker zittend (kleren)
  • fair = eerlijk
  • fashionable = modieus
  • to put on = aantrekken (kleren)
  • rule = regel
  • same (the) = (het)zelfde
  • skirt = rok
  • smart = netjes
  • to take off = uittrekken (kleren)
  • tie = stropdas
  • to understand = begrijpen
  • untidy = slordig