Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Engels Nederlands
  • blinds = jaloezieën
  • bold = druk, gewaagd
  • bulky = omvangrijk
  • clumsy = onhandig
  • curtains = gordijnen
  • fling (to) - flung - flung = gooien
  • install (to) = installeren, ophangen
  • mean = gemeen
  • neat = netjes
  • possessions = bezittingen
  • practical = praktisch
  • protest (to) = protesteren
  • reflect (to) = reflecteren, terugkaatsen
  • rug = tapijt, karpet
  • sense = gevoel
  • shade = variant, kleurtint
  • sibling = broers en zussen
  • spacious = ruim
  • store (to) = stallen, opbergen
  • tendency = neiging
  • transform (to) = transformeren
  • untidy = niet netjes, rommelig
  • upwards = omhoog