Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Engels Nederlands
  • few = weinig (meerv.)
  • fewer = minder (meerv.)
  • little = weinig (enkelv.)
  • less = minder (enkelv.)
  • at least = ten minste/minstens
  • reasonable = redelijk
  • to rise (rose – risen) = stijgen
  • to fall/to drop = dalen
  • about/approximately = ongeveer
  • population = bevolking
  • size = grootte
  • besides = behalve (sluit in +)
  • except = behalve (sluit uit -)
  • main = hoofd-/voornaamste
  • mainly = voornamelijk
  • to increase = toenemen
  • to increase/to raise = verhogen
  • increase = toename
  • to count = tellen
  • to add = optellen / toevoegen
  • completely/entirely = helemaal
  • to estimate = schatten
  • to underestimate = onderschatten
  • part/proportion = deel
  • available = beschikbaar