Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Engels Nederlands
  • savage = woest
  • to hover = zweven
  • to roar = brullen
  • flock = kudde (schapen)
  • to leap = springen
  • leap = sprong
  • pasture = weide
  • to chase = achternazitten
  • burden = last
  • extermination = uitroeiing
  • peasant = kleine boer
  • to facilitate = vergemakkelijken
  • to envelop = hullen
  • hazard = gevaar
  • hazardous = gevaarlijk
  • to ramble/to roam = zwerven
  • infinite = oneindig
  • precipice = afgrond
  • desolate = woest en verlaten
  • arid = droog/dor
  • solitary = eenzaam
  • solitude = eenzaamheid
  • to inflict = toebrengen
  • boundary = grens
  • to designate = aanwijzen
  • by and large = over het algemeen
  • odour = stank
  • to emerge = tevoorschijn komen
  • to persist = aanhouden
  • persistent = aanhoudend