Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Engels Nederlands
  • a bandage = een verband
  • a five-car collision = kettingbotsing met vijf auto’s
  • a headache = hoofdpijn
  • accident = ongeluk
  • ankle = enkel
  • bad = slecht
  • bite wounds = bijtwonden
  • chest = borst
  • chickenpox = waterpokken
  • disease / illness = ziekte
  • feel sick = niet lekker voelen
  • fever = koorts
  • flu = griep
  • healthy = gezond
  • heart = hart
  • hospital = ziekenhuis
  • injured = gewond
  • lungs = longen
  • medicine = medicijn
  • mumps = de bof
  • operation = operatie
  • plaster = gips
  • shoulder = schouder
  • skeleton = geraamte
  • spots = vlekken
  • stomach-ache = maagpijn
  • temperature = temperatuur
  • the dentist = de tandarts
  • the sore spot = de zere plek
  • tired = moe
  • to blow your nose = je neus snuiten
  • to break a bone = een bot breken
  • to breathe = ademen
  • to cough = hoesten
  • to have a cold = verkouden zijn
  • to hurt = pijn doen
  • twisted = verdraaid
  • victim = slachtoffer