Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Frans Nederlands
  • le dessin animé = de tekenfilm
  • pratiquer = oefenen
  • en bas de = onder aan
  • alors que = terwijl
  • or = welnu / echter
  • la syntaxe = de zinsbouw
  • surmonter = overwinnen / te boven komen
  • entier, entière = heel
  • parmi = onder / tussen
  • l’Hexagone (m) = Frankrijk
  • plutôt que = eerder dan
  • être dû à = te wijten zijn aan
  • l’avantage (m) = het voordeel
  • à l’exception de = met uitzondering van
  • par rapport à = in vergelijking met
  • améliorer = verbeteren
  • l’exposition à (f) = de blootstelling aan
  • le prédécesseur = de voorganger
  • être à la traîne = achterblijven
  • même si = zelfs als
  • le locataire = de huurder
  • le traducteur / la traductrice = de vertaler
  • l’apprentissage (m) = het (aan)leren
  • doubler = nasynchroniseren
  • le/la porte-parole = de woordvoerder
  • la langue maternelle = de moedertaal
  • fort = sterk
  • dès = vanaf
  • indiquer = aangeven
  • l’époque (f) = het tijdperk / de periode
  • l’interprète (m/f) = de tolk
  • la prononciation = de uitspraak
  • polyglotte = veeltalig
  • le dictionnaire = het woordenboek
  • le point d’exclamation = het uitroepteken
  • le langage = het taalgebruik
  • bilingue = tweetalig
  • l’orthographe (f) = de spelling
  • le point d’interrogation = het vraagteken
  • l’ouïe (f) = het gehoor