Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Engels Nederlands
  • to go = meenemen
  • Will this be for here or to go?

    Wilt u dit hier opeten of meenemen?

  • comes with = wordt geserveerd met
  • The house special comes with fries.

    De specialiteit van het huis wordt geserveerd met patat.

  • large cup = grote beker
  • I would like to have a large cup of lemonade.

    Ik wil graag een grote beker limonade hebben.

  • scoop = schep
  • Could I also have a scoop of ice cream?

    Kan ik ook een schep ijs krijgen?

  • lettuce = sla
  • I'll order a hamburger with mustard and lettuce.

    Ik ga een hamburger met mosterd en sla bestellen.

  • side order = bijgerecht
  • Would you like a side order?

    Wilt u een bijgerecht?

  • huge = gigantisch
  • Those hamburgers are all huge.

    Die hamburgers zijn allemaal gigantisch.

  • 5-course menu = 5-gangenmenu
  • I'm splashing out on a 5-course menu.

    Ik ga me te buiten aan een 5-gangenmenu.

  • extremely polite = ontzettend beleefd
  • The staff are extremely polite.

    De bediening is ontzettend beleefd.

  • dining experience = dinerervaring
  • Come here for a memorable dining experience.

    Hier moet je naar toe voor een gedenkwaardige dinerervaring.

  • raw fish = rauwe vis
  • This restaurant is great for it's raw fish.

    Dit restaurant is groots vanwege de rauwe vis.

  • speedy = snel
  • Service is efficient and speedy.

    De bediening is efficiënt en snel.

  • delicious = heerlijke
  • You can eat delicious sushi for a few pounds.

    Voor een paar pond kan je heerlijke sushi eten.

  • faithful clients = trouwe klanten
  • This restaurant has faithful clients who come back again and again.

    Dit restaurant heeft trouwe klanten die steeds weer terugkomen.

  • well recommended = staat goed bekend
  • The restaurant is well recommended.

    Het restaurant staat goed bekend.

  • tasty = smakelijk
  • The pizzas are tasty and excellent value for money.

    De pizza's zijn smakelijk en het geld waard.

  • intimate = intiem
  • The restaurant is moody and intimate.

    Het restaurant is sfeervol en intiem.

  • incense = wierook
  • The right place to go if you like the smell of incense.

    De juiste plaats om naar toe te gaan als je van de geur van wierook houdt.

  • good range = ruim assortiment
  • This pub serves a good range of beers and ales.

    Deze kroeg heeft een ruim assortiment aan licht en donker bier.