Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Latijn Nederlands
  • liberi = liber-________, m., (iemands) kinderen
  • habere = habeo, 1. hebben 2. houden 3. beschouwen als
  • ceteri = ceterae, cetera, de overige
  • suus = sua, suum, zijn / haar / hun (eigen)
  • accedere = accedo, naderen, erbij komen
  • sumere = sumo, nemen, aannemen
  • parentes = parent-____, m., de ouders
  • ideo = daarom
  • -ne? = leidt een vraag in