IT
EN
NL
FR
DE
ES
Imparare il vocabolario
Suggerimenti
Metodo di studio
Iniziare
Wozzol
Suggerimenti
Metodo di studio
Elenchi di vocaboli
Notizie
Imparare il vocabolario
Se desiderate imparare altri vocaboli in una lingua straniera, fatecelo sapere.
Contattateci
Elenco dei vocaboli
Elenchi di vocaboli
Engels
Malmberg
Realtime
3h
3h-H4-EN
Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.
Azioni
Lista aperta per imparare
Stampa l'elenco come
flashcards
Esportazione dell'elenco come file di testo
Engels
Nederlands
according to
=
volgens
one-way
=
eenrichtingsverkeer
traffic lights
=
verkeerslichten
dead end
=
doodlopende weg
pram
=
kinderwagen
gobbledygook
=
onnodig ingewikkelde taal
jargon
=
vaktaal
media coverage
=
publiciteit
with good grace
=
vriendelijk / goedschiks
poke fun at
=
spotten met / de draak steken met
particulars
=
details / specifieke informatie
pick up
=
opdoen / leren
enlightenment
=
verlichting / lering
assembly
=
montage
booklet
=
boekje
put off
=
afschrikken
reflect
=
een afspiegeling zijn van
over the years
=
met de jaren
mortar
=
cement / specie
society
=
de maatschappij
exhibit
=
tentoonstelling / iets wat tentoongesteld wordt
disinformation
=
opzettelijk onjuiste informatie
spread
=
verspreiden
convenient
=
geschikt
occasional
=
incidenteel / af en toe
appear
=
lijken
booze
=
zuipen
abuse
=
misbruiken
litter
=
rommel maken / vervuilen
bars
=
tralies
mourn
=
rouwen
conserve
=
zuinig omgaan met
sink
=
gootsteen / spoelbak
forest
=
bos / woud
individual
=
specifiek
voluntarily
=
vrijwillig
regard
=
waardering
freely
=
vrij / vrijelijk
vocabulary
=
woordenschat
impolite
=
onbeleefd
unintentionally
=
onopzettelijk
high-pitched
=
hoog / schel
facial expression
=
gezichtsuitdrukking
thrash
=
slaan
discomfort
=
ongemak / onbehagen
reserved
=
gereserveerd / terughoudend
outgoing
=
extravert / vlot
glossy
=
glanzend
surpass
=
overtreffen
caw
=
krassen / een krassend geluid maken
flatterer
=
vleier
eager
=
enthousiast
in detail
=
gedetailleerd
action
=
handeling
deer
=
hert
similar
=
vergelijkbaar
dear
=
lieverd
fortune
=
geluk
coal
=
kool / steenkool
absorb
=
opnemen / verwerken
bilingual
=
tweetalig
hop
=
springen
stir up
=
opwekken / oproepen