IT
EN
NL
FR
DE
ES
Imparare il vocabolario
Suggerimenti
Metodo di studio
Iniziare
Wozzol
Suggerimenti
Metodo di studio
Elenchi di vocaboli
Notizie
Imparare il vocabolario
Se desiderate imparare altri vocaboli in una lingua straniera, fatecelo sapere.
Contattateci
Elenco dei vocaboli
Elenchi di vocaboli
Engels
Malmberg
Taalblokken Engels
B1 Modules Generiek Online
Generiek - Formal Discussions
Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.
Azioni
Lista aperta per imparare
Stampa l'elenco come
flashcards
Esportazione dell'elenco come file di testo
Engels
Nederlands
the access
=
de toegang
to apply
=
van toepassing zijn
to be out there
=
je eigen gang gaan
to be responsible
=
verantwoordelijk zijn
the board
=
het bestuur
to bring up
=
aankaarten
the chair(person) / the president
=
de voorzitter
to communicate with
=
communiceren met
the concern
=
de zorg
concerning
=
aangaande
to be concerned
=
bezorgd zijn
the council member
=
het raadslid
to discuss / to address
=
bespreken
to dishearten
=
ontmoedigen
to draw up
=
opstellen
to exchange
=
uitwisselen
the facilities
=
de voorzieningen
the gap
=
de tussentijd
to guide
=
leiden
interchangeable
=
inwisselbaar
the issue
=
het probleem
the lecture
=
het college
the lecturer
=
de docent (hoger onderwijs)
major
=
belangrijkste
the note taker
=
de notulist
the participant
=
de deelnemer
the period
=
het lesuur
to postpone
=
uitstellen
to propose
=
voorstellen
to put in an effort
=
moeite doen
to raise
=
ter sprake brengen
to rely on
=
afhankelijk zijn van
the requirement
=
de eis
to run through
=
doornemen
to schedule
=
inroosteren
second-hand
=
tweedehands
silent
=
stil
the student council
=
de studentenraad
to swap
=
ruilen
to take part
=
deelnemen
the term
=
het semester
whether
=
of
to adjust
=
zich aanpassen
the advocate
=
de voorvechter
to advocate
=
pleiten voor
to appoint
=
benoemen
the ban
=
het verbod
the bulb
=
de gloeilamp
the carbon
=
de koolstof
common
=
gemeenschappelijk
to consult
=
raadplegen
to cut down
=
matigen
the dairy
=
de zuivel
to decline
=
dalen
to decrease
=
afnemen
the device
=
het apparaat
to ensure
=
verzekeren
the environment
=
het milieu
to explore
=
verkennen
the gas emissions
=
de uitstoot van gassen
to get used to
=
wennen aan
to go into effect
=
ingaan
the government
=
de overheid
greasy
=
vet
the hardship
=
de ontbering
to investigate
=
onderzoeken
lean
=
mager
to minimise
=
beperken
the minutes
=
de notulen
the nutrients
=
de voedingsstoffen
the nutritionist
=
de voedingsdeskundige
the obesity
=
de zwaarlijvigheid
the participation
=
de deelname
to partner with
=
samenwerken met
to predict
=
voorspellen
the pollution
=
de vervuiling
to protect
=
beschermen
the proteins
=
de eiwitten
to reduce
=
verminderen
to regulate
=
reguleren
the resources
=
de middelen
to reuse
=
hergebruiken
to serve as
=
dienen als
the soda
=
de frisdrank
the solution
=
de oplossing
the supplies
=
de voorraad
the topic
=
het onderwerp
to turn off
=
uitzetten
the vending machine
=
de automaat
the waste
=
het afval
whole grain
=
volkoren
to arrange
=
schikken
the closing remark
=
de slotopmerking
to come across
=
tegenkomen
to comment
=
reageren
the commitment
=
de verplichting
to define
=
bepalen
to emphasise
=
benadrukken
to engage
=
meedoen
to face each other
=
elkaar aankijken
ideally
=
idealiter
the item
=
het punt (op de agenda)
particularly
=
vooral
to point out
=
erop wijzen
to refer
=
verwijzen
the refreshment
=
het tussendoortje
to recap
=
(kort) samenvatten
to recommend
=
aanbevelen
to take up with
=
opnemen met
to unify
=
verenigen
whereas
=
terwijl
to wrap up
=
beëindigen