IT
EN
NL
FR
DE
ES
Imparare il vocabolario
Suggerimenti
Metodo di studio
Iniziare
Wozzol
Suggerimenti
Metodo di studio
Elenchi di vocaboli
Notizie
Imparare il vocabolario
Se desiderate imparare altri vocaboli in una lingua straniera, fatecelo sapere.
Contattateci
Elenco dei vocaboli
Elenchi di vocaboli
Frans
Malmberg
D'accord3
1havo
1havo-H3-NF
Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.
Azioni
Lista aperta per imparare
Stampa l'elenco come
flashcards
Esportazione dell'elenco come file di testo
Frans
Nederlands
marié
=
getrouwd
le métier
=
het beroep
la tête
=
het hoofd
le bras
=
de arm
la main
=
de hand
les doigts
=
de vingers
le pied
=
de voet
la jambe
=
het been
tourner
=
draaien
petit
=
klein
nouveau
=
nieuw
gagner
=
winnen
depuis
=
sinds
arriver
=
aankomen / komen
à l’heure
=
op tijd
l’eau
=
het water
le portable
=
het mobieltje
un texto / un SMS
=
een sms’je
devant
=
voor
un maillot
=
een shirt / een trui
les chaussettes
=
de sokken
le départ
=
het vertrek
les vêtements
=
de kleren
chaud
=
warm
rentrer
=
thuiskomen
aimer
=
houden van
regarder
=
kijken naar
écouter
=
luisteren naar
adorer / aimer
=
dol zijn op
détester
=
een hekel hebben aan
C’est bête! / C'est stupide!
=
Dat is stom!
J’aime bien …
=
Ik vind het wel leuk./ Ik vind het leuk.
C’est facile.
=
Dat is gemakkelijk.
aussi
=
ook