Wozzol

Prima di imparare, controllate che l'elenco dei vocaboli sia corretto.

  • Spaans Nederlands
  • cajita, la = bakje, het
  • cinta, la = band, de
  • botella de agua, una = flesje water, een
  • (No) Está permitido. = Het is (niet) toegestaan.
  • (No) Es obligatorio. = Het is (niet) verplicht.
  • Está prohibido. = Het is verboden.
  • reloj, el = horloge, het
  • abrigo, el = jas, de
  • poner en… = leggen in…/zetten op…
  • teléfono móvil, el = mobiele telefoon, de
  • cinturón, el = riem/ceintuur, de
  • tijeras, las = schaar, de
  • zapatos, los = schoenen, de
  • quitarse = verwijderen
  • tirar (en el cubo de basura) = weggooien/in de afvalbak gooien